Noordzeebouillabaisse met rouille

Ingrediënten

Bereiding

• 1 Was de groenten en maak ze schoon. Hak de uien en de helft van de knoflookteentjes fijn. Laat de tomaten schrikken in heet water, koel ze dan onmiddellijk af in koud water, pel, verwijder de pitjes en hak het vruchtvlees grof. Hak de peterselie. Snij de venkel in zeer kleine blokjes.
• 2 Spoel de visfilets, dep droog, controleer op graatjes en snij in dobbelsteentjes snijden. Scheid het 'vaste' visvlees van de 'zachtere' soorten.
• 3 Stamp de rode pepertjes fijn, plet de rest van de knoflook met een mortier.
• 4 Schik de uien, knoflookteentjes, tomaten, venkel, tijm, laurier, peterselie en de sinaasappelschil op de bodem van een grote pan. Leg hierop de reuzengarnalen, samen met de 'vaste' vissoorten (zeeduivel, roodbaars, rode poon, kabeljauwkaakjes). Overgiet het geheel met 1/4 van de olijfolie. Breng op smaak met peper, zout en saffraanpoeder.
• 5 Giet de visfumet in de pan gieten. De bereiding hoort onder de bouillon te staan. Breng aan de kook en laat gedurende een zestal minuten koken. Voeg vervolgens de 'zachte' vissoorten (kabeljauwfilet, wijting) toe en laat nogmaals een vijftal minuten zachtjes pruttelen. Haal de reuzengarnalen uit de bereiding en pel ze.
• 6 Meng de fijngestampte pepertjes met de geplette knoflook en roer er twee eierdooiers door. Klop er druppelsgewijs de rest van de olijfolie door tot een dik, mayonaise-achtig mengsel. Kruid met peper, zout en paprikapoeder. Rouille is eveneens kant en klaar te koop bij de meeste visspecialisten.
• 7 Dien op in voorverwarmde, grote diepe borden. Garneer met reuzengarnalen en een toefje peterselie en serveer met geroosterde sneetjes stokbrood die ingestreken zijn met look en rouille.