Surinaamse krabsoesjes

Bereiding

Soezenbeslag Verwarm de oven voor op 200 °C. Breng in een pan de melk, boter en het zout al roerend met een lepel aan de kook. Voeg bloem toe en roer stevig door tot het mengsel van de bodem loslaat. Haal de pan van het vuur en voeg één voor één de eieren toe. Voeg het tweede ei pas toe wanneer het eerste volledig is opgenomen. Roer circa 8 minuten door en schep het beslag in een grote schaal om het afkoelen te versnellen. Schep het soezenbeslag in een spuitzak met een glad spuitmondje. Spuit kleine dopjes op een bakplaat bekleed met bakpapier. Maak een vinger vochtig en druk het puntje van de dopjes glad. Bestrijk de dopjes met ei. Bak de soesjes in de oven met variosteam in circa 10 minuten goudbruin en gaar. Laat de soezen afkoelen. (Heb je geen oven met variosteam? Zet dan een bakje water in de oven). Vulling Pel en snijd de sjalot en knoflook grof. Snijd de rode peper grof en pluk de peterselie. Hak de sjalot, knoflook, rode peper, peterselie en krabvlees fijn in de keukenmachine. Verhit een scheutje olie in een pan en fruit het kruiden-krabmengsel circa 2 minuten. Mocht de vulling te dik zijn, voeg dan eventueel melk toe, het moet een dikke gladde room worden. Breng de vulling op smaak met een beetje zout en versgemalen peper. Krabsoesjes Halveer de afgekoelde soesjes, vul de onderste helft met het krabmengsel en leg de bovenkant van de soes er op. Serveren Serveer de soesjes op een bord.