Lost de gist met de suiker op in 5 eetlepels lauwwarm water. Meng de bloem en het zout in een kom en maak middenin een kuiltje. Schenk daarin het gistmengsel, 1 1/2 eetlepel olie en 1 1/2 deciliter lauw water. Kneed met je hand tot een samenhangend deeg. Kneed op een met bloem bestoven aanrecht 10 tot 15 minuten door, van voor naar achter met je handpalm. Bestrijk de bal met de rest van de olie en leg het deeg in een kom. Dek af met een vochtige doek en laat het deeg op een warme plaats 1 uur rijzen tot het in omvang is verdubbeld. Kneed nog even en rol het deeg vervolgens uit op een met bloem bestiven werkvlak tot een dunne ovalen lap van 1/2 centimeter dik. Leg het deeg op een ingevette bakplaat en laat weer met een doek erop 45 minuten rijzen. Verwarm de oven voor op 240 graden Celsius. Druk met je vingers kuiltjes in het deeg en bestrooi de lap met rozemarijn en zeezout. Bak in 20 minuten in het midden van de oven lichtbruin en krokant.