De rijst was je door ze in een pan te doen en met water te bedekken. Dan draai je de rijst als het ware met je handen door het water. Als het water een beetje troebel wordt, giet je het af. Gebruik de zeef, zodat je geen rijstkorreltjes verliest. Giet nu de 2 1/2 kopjes water over de rijst en doe de deksel op de pan. De rijst op een grote vlam aan de kook brengen, dan zet je de vlam lager. De rijst moet ongeveer 15 minuten koken tot ze zacht is. Proef een paar korrels om te kijken of dat het geval is. Giet de rijst af door een zeef en bewaar het water in een kopje. Als het kopje niet helemaal vol is, dan vul het bij met koud water. Doe de rijst en het afgemeten water in de pan terug. Voeg er de suiker en de geraspte kokosnoot aan toe. Goed roeren. Laar de rijst nu - zonder deksel - op een kleine vlam tot een dikke brij verder sudderen, tot al het water is verdampt. (Dat duurt onveveer 15 minuten). Neem de pan van het vuur en doe het rijstmengsel in de vierkante vorm. Verdeel het goed met een lepel. Dan laat je alles ongeveer 1 uur afkoelen. Snijd de rijst in kleine vierkantjes. Op ieder stukje smeer je een beetje jam of honing. Leg de Kiribatdobbelsteentjes op een platte schaal.