1 Verwarm de oven voor op 180 °C. Splits 1 ei en bewaar de eidooier. Klop het eiwit los met het andere ei. Zeef de bloem. Meng de bloem met 1 mespunt zout, de suiker, het bakpoeder en het losgeklopte ei. Rasp de gele schil van de citroen. Voeg het rasp en de amandelen toe aan het mengsel. Kneed tot een soepel deeg.
2 Bestuif het werkvlak en uw handen licht met bloem. Vorm van het deeg 2 lange staven van ca. 4 cm breed. Leg deze op een met bakpapier beklede bakplaat met voldoende tussenruimte (ze worden breder tijdens het bakken). Klop de eidooier los met de melk. Bestrijk het deeg ermee. Bak in de oven in ca. 20 min. goudgeel. Neem uit de oven en snijd de nog warme koek in schuine plakjes van 1 1/2cm dik. Leg de koekjes op hun kant en bak ze nog ca. 8 min. tot goudbruin en wat donkerder langs de randen. Laat afkoelen.