8 witte boterhammen 4 eieren 200 ml melk 50 gm suiker 1 zakje vanillesuiker 4 eetlepels roomboter 1 broodkruim voor het wentelen 1 kaneelsuiker om mee te bestrooien Leg de boterhammen op een snijplank en snijd de korstjes er met, een scherp mes aan alle kanten af. Snijd de boterhammen diagonaal door. Doe de eieren, melk, suiker en vanillesuiker in een ruime, ondiepe schaal of een diep bord. Klop alles met een garde goed door elkaar. Doe het broodkruim op een plat bord. Week de brooddriehoekjes kort in het melkmengsel en wentel ze dan rondom door het broodkruim. Schud overtollig kruim eraf. Smelt 2 el boter in een grote pan tot de boter schuimt. Bak daarin 8 brooddriehoek-jes goudbruin. Neem ze uit de pan, houd ze warm en bak de overige 8 driehoekjes. Doe de gebakken brooddriehoekjes over op een bord en bestrooi ze naar smaak met het kaneelsuiker-mengsel.